Op de IPM Essen kregen Ruud Batist, teler van seizoensgebonden snijbloemen, en Teun van der Starre, namens klimplantenkwekerij Van der Starre, als eerste glastuinders het certificaat MPS-GreenerGrown uitgereikt. Enkele andere bedrijven zitten er dicht tegenaan. Met dit schema probeert MPS de stap naar biologisch geteelde producten te verkleinen en gelijktijdig haar voorlopers (qua kwekers) bij MPS te onderscheiden.

Vanuit de sierteelt is er een toenemende vraag om verminderd gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. Kwekers krijgen steeds vaker te maken met kopers die eisen aan producten stellen op het gebied van duurzaamheid. MPS krijgt ook regelmatig de vraag hoe haar modules hierin uitkomst kunnen bieden. „MPS-ABC geeft transparantie in de bedrijfsvoering, Met MPS-GreenerGrown wordt inzichtelijk dat een kweker geen of een minimum aan chemische gewasbeschermingsmiddelen gebruikt”, meldt regiomanager Raymond Scheepens van MPS.
MPS-GreenerGrown werkt met een sterrensysteem (zie kader). Met als achterliggende gedachte om een kweker met één ster te motiveren toe te werken naar twee sterren, et cetera.
Natural Protected als basis
In april 2015 introduceerde MPS haar module Natural Protected: MPS A+ gecombineerd met gewasbeschermingsmiddelen die alleen in de biologische teelt toegelaten zijn. De module kwam niet van de grond. MPS heeft een aantal jaar geleden besloten om er mee te stoppen, aangezien de vraag naar dit schema minimaal was.
Negen jaar later lijkt de tijd rijper, dus is het weer van stal gehaald. „Ik denk dat we onze tijd een beetje te ver vooruit waren. Weggegooid hebben we het niet. Want binnen MPS is altijd de overtuiging geweest dat de module toekomst had”, duidt Scheepens.
Brede werkgroep
Een werkgroep van kwekers (kwekerij Van der Starre, Ovata en Tesselaar Alstroemeria en GreenBalanZ), handel (Royal Lemkes), afzet (Tuinbranche Nederland, Intratuin) en een milieuorganisatie (Natuur&Milieu) hebben zich in 2023 over de criteria gebogen om tot een breed gedragen label te komen.
„Een label dat kwekers de mogelijkheid geeft hun duurzame productiemethode zichtbaar te maken, maar dat ook door de handel wordt gedragen. En niet wordt afgeschoten door milieuorganisaties”, stelt Scheepens. Hij is ervan overtuigd dat de timing voor introductie dit keer wel goed is. „Ik verwacht zelfs dat binnen twee tot vijf jaar een brede groep kwekers MPS-GreenerGrown als label voert.”
Focus middelen
MPS-GreenerGrown concentreert zich voornamelijk op gewasbeschermingsmiddelen. Hier ligt volgens Scheepens ook een van de belangrijkste wensen/eisen vanuit de handel, retail en de consument. „Dit label kan wellicht de stap naar biologische teelt kleiner maken. Biologisch is voor kwekers, zelfs de voorlopers, veelal nog een stap te ver. Voor bio moet je bijvoorbeeld ook denken aan organische meststoffen en biologisch uitgangsmateriaal”, aldus de regiomanager.
In combinatie
Momenteel is MPS-GreenerGrown alleen te combineren met MPS-ABC en MPS-ProductProof, vanwege inzicht in het gebruik en aanwezigheid van werkzame stoffen. Scheepens sluit echter niet uit dat in de toekomst wellicht ook andere (externe) schema’s aan kunnen sluiten om de stap naar de biologische teelt kleiner te maken.
Schema-eigenaar SMK van On the Way to Planet Proof heeft hier wel oren naar, laat manager Stefanie de Kool weten: „Opschaling van de biologische sierteelt productie blijkt moeilijk. Als de stap naar chemievrije gewasbescherming wel haalbaar is op korte termijn voor de sierteelt, dan is het de moeite waard om dat te stimuleren door gewassen te onderscheiden met de kwalificatie GreenerGrown. Wij zien veel in de ontwikkeling van een eisenset en bijbehorende kwalificatie GreenerGrown, die zowel in combinatie met MPS als PlanetProof gebruikt kan worden en garandeert dat gewassen geteeld zijn met alleen natuurlijke gewasbeschermingsmiddelen.”
SMK is daarover in gesprek met MPS. De Kool is ervan overtuigd dat samenwerking hierin helderheid schept voor telers en consumenten, zodat de extra kwalificatie GreenerGrown sneller bekendheid kan verwerven in de markt en daarmee bijdraagt aan verduurzaming van de sierteelt.
Stap stimuleren
Jodi La Rose, projectleider duurzaamheid van Tuinbranche Nederland, ziet een label voor chemievrij ook als een waardevol alternatief voor biologisch, wat momenteel voor veel telers nog een stap te ver is. „Tuincentra kunnen momenteel wel biologische planten aanbieden, maar slechts op beperkte schaal. Het aanbod biologische planten is te gering voor de hoeveelheid planten die in de Nederlandse tuincentra wordt verkocht.”
Tuinbranche Nederland vindt dat ze de stap die telers maken naar een chemievrije teelt moet stimuleren. „Een groeiende groep kwekers maakt stappen in hun duurzame productiewijze. Telers slagen er steeds beter in om chemievrij te telen, maar vaak wordt er nog wel gebruik gemaakt van onder andere kunstmest. Hiermee voldoen ze niet aan de eisen van biologisch gekweekt, maar zitten ze hier wel heel dichtbij.”
Deels opmaat biologisch
Bionext juicht elke verduurzaming in de sierteeltsector toe en vindt het belangrijk dat hierover transparant wordt gecommuniceerd. „Tegelijkertijd vragen we ons af of een weliswaar onafhankelijk label dat zich alleen richt op het middelengebruik, een opmaat is naar meer biologische telers”, reageert Maaike Raaijmakers, projectleider biologische sierteelt.
Ze benadrukt dat de biologische landbouw een systeembenadering is en omschakelen naar de biologische teelt dus ook om een systeemverandering vraagt. Kortom, het gaat om een totaalpakket aan maatregelen als goed voor de bodem zorgen, natuurlijke bemesting gebruiken, gewasrotatie, natuurlijke vijanden stimuleren, et cetera. „Voor vollegrondstelers is het dan ook logischer, en waarschijnlijk makkelijker, om helemaal biologisch te gaan telen. Voor siertelers die planten onder glas in potten telen, kan dit label wellicht een aantrekkelijk alternatief zijn voor biologisch.” <
Sterrensysteem
MPS-GreenerGrown is een module (‘add-on’) op MPS-ABC (bedrijfszekerheid) én MPS-ProductProof (productzekerheid). Het toont aan dat kwekers minimale hoeveelheden of zelfs geen gewasbescherming gebruiken in de teelt op bedrijfsniveau. Via een systematiek van registratie van gewasbescherming (binnen 48 uur) en onafhankelijke monsternames wordt dit aangetoond. Een sterrensysteem geeft aan in welke mate werkzame stoffen zijn gebruikt:• drie sterren geeft aan dat er alleen biologische gewasbeschermingsmiddelen zijn toegepast;• twee sterren geeft aan dat er alleen biologische gewasbeschermingsmiddelen en MPS-MIND witte middelen zijn toegepast; witte middelen zijn voornamelijk biologische middelen of hebben andere werkzame stoffen die geen impact hebben, zoals bijvoorbeeld uitvloeiers.• een ster geeft aan dat er alleen biologische gewasbeschermingsmiddelen en MPS-MIND witte middelen en MPS-MIND groene middelen onder de ondergrens van de MPS-ABC normen zijn toegepast. Groene middelen zijn vaak chemische middelen met een kleine impact op het milieu.

Joost van der Starre, manager Operations klimplantenkwekerij Van der Starre
’Drempel MPS-GreenerGrown ligt hoog, niet te hoog’
Op IPM 2023 stond op de beurswand van kwekerij Van der Starre: MPS-Natural Protected gecertificeerd. Dat was te voorbarig. Precies een jaar later stond op dezelfde wand op IPM 2024 de opdruk MPS-GreenerGrown gecertificeerd met één ster. Dat klopt ditmaal als een bus.
De Boskoopse kwekerij is al enkele jaren bezig haar teeltmethode te verduurzamen. Stapje voor stapje. Een aantal jaar geleden werd eerst de stap gemaakt naar het chemievrij produceren van uitgangsmateriaal. Afgelopen drie jaar is getracht chemische middelen helemaal in de middelenkast te laten staan. En dat lukt steeds beter, maar nog niet helemaal vertelt Joost van der Starre. „Afgelopen jaar net niet. De schimmeldruk aan het einde van de teelt maakte correctiebespuitingen met chemische middelen met een lage milieu-impact alsnog nodig.”
Met MPS-GreenerGrown kunnen ze deze boodschap nu naar hun afnemers communiceren. De boodschap dat alleen nog met plantversterkende middelen wordt gewerkt om ziekten en plagen te voorkomen en met milieuvriendelijke middelen én nuttige insecten om ziekten en plagen te bestrijden. Alleen bij een extreme populatiedruk wordt nog een ‘groen middel’ ingezet, maar liever niet.
Met het label kan de klimplantenkwekerij zich onderscheiden. „De duurzaamheidscriteria liggen behoorlijk hoog zodat niet iedereen er makkelijk aan kan voldoen. Gelukkig dat de drempel ook weer niet te hoog ligt dat het label beperkt blijft tot enkele telers. Dan heeft het label immers ook weinig waarde.”
Van der Starre hoopt dat het label op den duur als consumentenlabel is in te zetten. Hij is tevreden hoe de gesprekken in de werkgroep zijn verlopen met alle stakeholders. „Goed om natuurorganisaties er direct bij te betrekken. Ze geven er uiteraard nog niet helemaal hun goedkeuring aan, maar vinden het label en de achterliggende gedachte een stap in de goede richting.”