Boomveiligheid, controle, zorgplicht en te nemen maatregelen leiden al decennia tot discussie. Dat komt onder meer doordat bomen levende wezens zijn en de beoordeling van de veiligheid ervan subjectief is. Klimaatverandering maakt het er niet makkelijker op, want wat betekent een toename in weersextremen voor de veiligheid van onze bomen?
Sinds de invoering van het Nieuw Burgerlijk Wetboek, waarvan het grootste gedeelte in 1992 van kracht is geworden, heeft de boomveiligheid een ander perspectief gekregen. Meer dan voorheen kan de eigenaar van een boom juridisch worden aangesproken op de veiligheid van zijn bomen. De verhoogde zorgplicht die dit inhield heeft ertoe geleid dat beheerders hun bomenbestand regelmatig controleren op onder meer vermindering van de stabiliteit of een verhoogde kans op stam- of takbreuk.
Al vanaf het begin is over die zorgplicht de nodige discussie geweest. Bijvoorbeeld over de vraag wat een normale c.q. voldoende frequentie van controle is. Deze is vaak gekoppeld aan de gevaarzetting van de bomen. Oftewel de kans dat er materiële schade of persoonlijk letsel kan ontstaan wanneer de boom zou omvallen of een tak zou uitbreken.