Woelmuizen veroorzaken met hun graaf- en knaaggedrag veel overlast in boomgaarden, tuinen en weiden en akkerbouwland. Hoewel ze bekend staan om hun uitzonderlijke voortplantingsvermogen, wisselt het aantal woelmuizen sterk per jaar. Het ene jaar vormen ze een ware plaag, terwijl ze het andere jaar slechts beperkt voorkomen.
De woelmuizenfamilie kent veel soorten die soms moeilijk van elkaar zijn te onderscheiden. Woelmuizen hebben een korte staart en korte poten. Ze kenmerken zich door een gedrongen bouw en een stompe snuit met kleine ogen en oren. Ze graven snel, zijn vooral ’s nachts actief en houden geen winterslaap. De ondergrondse woelmuis, de woelrat en de veldmuis zijn de bekendste woelmuizen in Nederland.
