Er zijn de laatste tijd verscheidene initiatieven die spontane groei van planten in de stad toejuichen. Van Gewildgroei van Wilde Weelde dat met Living Pavement – open stoeptegels – plaats creëert voor kruiden in de stad, naar Zaailing Gewenst in Utrecht dat oproept om spontaan opkomende struiken en bomen te labelen en te koesteren, tot Stoepplantjes als initiatief van de Hortus Botanicus in Leiden om anonieme kruiden met stoepkrijt van naam te voorzien, om zo draagvlak voor ze te krijgen.
Er is duidelijk een beweging om wat spontaan opkomt, te omarmen en niet weg te zetten als ongewenst. Om de voordelen te zien die spontane groei ons brengt.
Nu dacht ik, kunnen we die kracht van spontane groei niet inzetten op een veel grotere schaal? Zo fietste ik laatst langs een stuk groen dat enkele jaren terug goedbedoeld voorzien is van verscheidene bomen. Echter, deze kwijnen duidelijk. Blijkbaar zitten ze niet in enig beheerprogramma en krijgen dan ook niet de zorg die ze verdienen.