De bestrijding van de eikenprocessierups met aaltjes is begonnen. De gemeente Enschede bijvoorbeeld is op Tweede Paasdag begonnen met het bespuiten van eiken. De omstandigheden voor bestrijding van de epr zijn gunstig door het droge warme weer met weinig wind.
Insectparasitaire nematoden werken als een contactmiddel. Dat wil zeggen dat de aaltjes in contact moeten komen met rupsen om hun werk te doen. Dit in tegenstelling tot bacteriepreparaten die op het blad worden gespoten dat vervolgens door de rupsen wordt opgegeten. Doordat de rupsen al voor de bladontplooiing uit hun ei komen, kan ook de bestrijding al beginnen voordat de bomen in blad komen. Dat voorkomt nevenschade want veruit de meeste rupsensoorten verschijnen pas als de bomen in blad staan.
De eerste eikenprocessierupsen zijn eind maart al uit hun ei gekropen, toch is de bestrijding nu ’pas’ begonnen. Volgens entomologe Silvia Hellingman heeft dat te maken met het weer en met het vorige seizoen. „In maart is het heel warm geweest waardoor de eerste rupsen al vroeg uitkwamen. Maar toen werd het weer koud waardoor de ontwikkeling afremde. De meeste eitjes zijn een stuk later uitgekomen.”
Vlinders
Een andere reden voor het verspreid uitkomen van de eitjes ligt in het vorige seizoen. „De vlinders hebben toen over een lange tijd verspreid gevlogen. Dat betekent dat sommige eitjes een stuk vroeger afgezet zijn, dan andere. Daardoor ligt het voor de hand dat het ene eitje ook eerder uitkomt dan het andere. Ze hebben nu eenmaal de tijd nodig om te ’rijpen’.” De bestrijding van de eikenprocessierups met bacteriepreparaten begint als de eiken voor 40-50% in het blad staan.