Buitenwerkers, zoals hoveniers en groenvoorzieners, lopen 2 tot 3 keer zoveel risico op het krijgen van huidkanker. Toch blijkt uit onderzoek van het Nationaal Huidfonds dat zij zich nauwelijks kwetsbaar voelen voor huidkanker en zich daarom niet goed beschermen tegen de zon.
„We zien in het onderzoek dat buitenwerkers de risico’s van langdurige blootstelling aan de zon tijdens het werk onderschatten,” zegt Christel von Reeken, coördinator Preventie van het Nationaal Huidfonds. „Doordat de schade van de zon veelal niet direct zichtbaar is, voelt het risico voor hen minder concreet. Ze onderschatten niet alleen de kans dát ze huidkanker kunnen krijgen, maar ook de ernst ervan.”
Onvoldoende kennis
In het onderzoek werd ook gekeken naar de barrières om zich te beschermen tegen de zon. Zo ontbreekt het niet alleen aan een gevoel van kwetsbaarheid bij buitenwerkers, ook is er onvoldoende kennis over zonkracht, verbranding en het verband met huidkanker.
Von Reeken: „Door buitenwerkers, maar ook in protocollen, wordt zonbescherming vooral gekoppeld aan temperatuur en niet aan zonkracht. Zonbescherming wordt vaak als minder belangrijk gezien dan het werk zelf en maakt ook nog geen onderdeel uit van de sociale norm onder buitenwerkers.”
Hitteprotocollen
Werkgevers kunnen helpen door zonbescherming te agenderen en het belang ervan te benadrukken. Dat kan via persoonlijke beschermingsmiddelen, rolmodellen of hitteprotocollen waarin zonkracht structureel is opgenomen.
Het Nationaal Huidfonds pleit voor een integrale aanpak gericht op urgentie, educatie en omgevingsfaciliteiten. Dit kan via de mogelijkheid om schaduw op te zoeken tijdens het werk, beschermende kleding als onderdeel van de werkroutine en het beschikbaar stellen van zonnebrandcrème door de werkgever.