In Wageningen is een nieuw instituut opgericht dat zich geheel richt op onderzoek naar fotosynthese; het Jan Ingenhousz Instituut. Door het geheim van fotosynthese te ontrafelen, hopen wetenschappers dat ze planten zonlicht efficiënter kunnen laten gebruiken, waardoor ze de opbrengst van gewassen kunnen verbeteren.
„Zonder fotosynthese is er geen leven”, meent professor Marin Kropff, voorzitter van de Raad van Toezicht van het nieuwe Jan Ingenhousz Institute. Al jaren proberen plantenwetenschappers over de hele wereld uit te vinden hoe planten zonlicht efficiënter kunnen gebruiken om te groeien. Als dat lukt dan zal de opbrengst van gewassen enorm verbeteren.
„Planten gebruiken meestal maar een paar procent van de zonne-energie die ze absorberen”, zegt directeur David Kramer van het Jan Ingenhousz Institute, „Verschillende processen in de plant beperken de fotosynthese onder verschillende omstandigheden en elk van deze processen wordt geregeld door verschillende sets genen. Al deze processen reageren van seconde tot seconde op fluctuaties in licht, temperatuur, vochtigheid, wind, voedingsstoffen en andere omgevingsfactoren. En dit kan allemaal verschillend zijn in andere gewassen.” Onderzoekers willen erachter komen welk proces de fotosynthese beperkt onder praktijkomstandigheden in diverse gewassen. Als planten maar een klein beetje meer zonlicht omzetten in suikers, zal dat enorme gevolgen hebben voor de voedselproductie.
Onderzoek
Het Jan Ingenhousz Institute is op 1 oktober officieel van start gegaan. Met de oprichting van het nieuwe instituut is een investering gemoeid van 62 miljoen euro over een periode van 10 jaar. Het instituut ontleent zijn naam aan IngenHousz, een 18e-eeuwse Nederlandse arts en scheikundige. De komende jaren zullen meer dan 30 promovendi en 60 postdocs aan het onderzoeksprogramma werken.