Als kind klom hij al in de hoogste toppen van bomen en verwonderde hij zich over hun oerkracht. Als volwassen man is hij nog altijd gefascineerd door de leefwereld van bomen en probeert hij ze beter te begrijpen. Vorig jaar verscheen zijn eerste boek over dit thema. Hij raakt nooit uitgepraat en uitgeleerd en wil zijn kennis graag delen. We maken nader kennis met de Belgische boomdeskundige Wim Peeters.
Hoe is uw fascinatie voor bomen ontstaan?
„Poeh, dat weet ik eigenlijk niet. Als jongen speelde ik veel in het bos, klom ik in bomen en maakte boomhutten. Ik ben ooit toen ik acht of negen was, in een bijna 10 m hoge eik geklommen. Levensgevaarlijk natuurlijk, maar ik kan me nu nog herinneren hoe indrukwekkend ik dat vond. Op jonge leeftijd las ik eens een artikel over een boomchirurg en dat leek me een prachtig beroep. Ik vind alles mooi aan bomen: hoe ze groeien, op elkaar reageren, maar ook op hun standplaats, de weersomstandigheden en op de klimaatverandering. Bomen bezitten een soort oerkracht die overweldigend is.