Moeder Natuur laat ons al een paar weken goed zweten en dat begint, net als afgelopen jaren, zijn weerslag te hebben op elke tuin. Ondermeer omdat het op het moment van schrijven al meer dan een maand niet heeft geregend in Nederland. Vele onbesproeide tuinen beginnen onder deze omstandigheden al aardig weg te kwijnen.
We kunnen stellen dat dit gevecht tegen de dorstige aarde en de verdorde planten van alle tijden is, al komt het nu wel veel vaker voor. Laten we ons eens inbeelden hoe tuinmannen in de 18e eeuw met deze droogte om zouden gaan. Stel maar eens zo’n idyllische barokke tuin voor waar formele patronen van buxushagen en keurig geschoren gazons de norm zijn.
Die tuinder zou elke ochtend met smekende blik naar de lucht kijken en bidden om een verkwikkende bui. Water als een kostbaar goed met beperkte regenwateropvangsystemen. Met enkel een waterput en emmers ter beschikking moest hij zijn planten voorzien van het beperkte vocht dat ze voorhanden hadden, extreem arbeidsintensief.