De extreme droogte van de afgelopen jaren heeft grote effecten op de vitaliteit van bomen. Vooral op de hogere zandgronden hebben de bomen veel te lijden. Hun vitaliteit neemt af, waardoor ze gevoelig worden voor secundaire organismen zoals bastkevers en prachtkevers, die vaak de genadeslag geven.
Vooral in Oost- en Zuid-Nederland zijn veel bomen aan het aftakelen. In het landschap zijn vaak op grote afstand de ijle toppen van loofbomen te zien die slecht in het blad zitten, of van dode naaldbomen. Veel bomen zijn dood, en open plekken in de bomenrijen geven aan dat er al bomen zijn omgezaagd. Over de primaire oorzaak, de droogte van de laatste jaren, is al veel geschreven.
Minder bekend is, dat ook sommige insecten een belangrijke rol spelen. Verzwakte bomen krijgen soms de nekslag van secundaire insecten die ze niet kunnen afweren, wat gezonde bomen vaak wel lukt. Enkele voorbeelden van insecten die verzwakte bomen kunnen doden zijn: letterzetter, lariksbastkever, eikenprachtkever en thujabastkever.